Weergavecamera

OPMERKING

  1. Zie De camera aansluiten voor het verbinden van een camera.
  2. Voor gebruik van een achteruitkijk-camera is een REVERSE-verbinding vereist. Verbinden van kabels met aansluitingen
  3. Als [Rear Camera Interruption] actief is, wordt het camerascherm weergegeven als u de versnelling in de achteruit-positie (R) zet.
  4. De camera waarvan het beeld het laatst werd weergegeven, wordt bewaard en hetzelfde camerabeeld wordt de volgende keer weergegeven. Als de toewijzingsinstelling wordt gewijzigd, wordt de weergave van de achteruitrijcamera weergegeven.
  5. Achter/voorcamera-onderbrekingsscherm wordt niet bewaard als het camerascherm dat de volgende keer wordt weergegeven.